Ingredienten:
1 kg reeschouder
1 ui, 2 teentjes knoflook
peper en zout
1 tl tijm
1 laurier blaadje
10 jeneverbessen
0,5 liter rode wijn
2 el azijn
150 g boter
2 el cognac
50 g magere gerookte spekblokjes
15 zilveruitjes
Bereidingswijze:
Snijdt het vlees in kleine blokjes en kruid deze met zout, peper, tijm, laurier, jeneverbessen, gesneden uien en de fijngehakte knoflook. Giet daarna de azijn en de wijn over het vlees en laat alles een nacht in de koelkast staan.
Laat het vlees de volgende dag goed uitlekken en dep het droog met keukenpapier. Bak de spekjes in een droge koekenpan mooi bruin. Haal ze uit de pan en doe de boter in de pan. Laat de boter uitbruisen en voeg het vlees toe. Bak ze al roerend bruin en giet er dan langzaam de gezeefde en opgewarmde marinade, de spekjes toe evenals een scheut cognac. Laat de blokjes minimaal 3 uur stoven op een laag vuurtje. Tegen het einde van de braadtijd schep je de vleesblokjes uit de pan en laat je de braadjus inkoken tot een jus. Voeg het vlees samen met de zilveruitjes toe en laat nog 15 minuten doorstoven. Serveer de reepeper met gebakken Schufnudeln en rode kool.
Wijntip: Een volrijpe Blaufränkisch